08 sep 2022

Erfenis Hasselts topschilder herontdekt

Het museum brengt het verstopte oeuvre van de getalenteerde kunstenaar Lucien Nolens terug onder de aandacht. Het resultaat van doorgedreven onderzoek naar een bijzonder man en zijn talent. “Een verborgen stukje Hasseltse én Limburgse geschiedenis kunnen we nu herontdekken”, aldus schepen van cultuur Nele Kelchtermans.

 

Nolens (1879-1954) was ver voor op zijn tijdgenoten. Terwijl zijn Limburgse vakbroeders de vroegere Kempische horizon zonder schachtbokken en schoorstenen nog trouw bleven, schilderde hij al de menselijke tol van de industrialisatie. Zijn werk roept herinneringen aan de Vlaamse expressionisten, zoals Permeke, op. Lucien Nolens was echter uitermate bescheiden en had een teruggetrokken, stille persoonlijkheid. Hij liet daardoor ook weinig sporen na. 

De afgelopen jaren verwierf Het Stadsmus een aantal werken van Lucien Nolens. Over de kunstenaar en zijn werk was echter nog weinig bekend. De familienaam Nolens is, zeker in Hasselt en omgeving, vooral bekend als de naam van een familie van dokters en specialisten. Voor sommigen zijn misschien de artistieke familiegenen toch geen verrassing, dankzij kunstenares Paule Nolens (1924-2008), de dochter van een neef van Lucien en dichter Leonard Nolens. Lucien Nolens zelf echter, onder wiens vleugels de jonge Paule haar eerste kunstenaarsstappen zette, kennen weinigen nog.

Als zijn naam al ergens vermeld werd, dan was het meestal als leraar aan de academie. Hij onderwees andere Hasseltse kunstenaars, zoals Pierre Cox, Paul Hermans of Jac. Leduc. Maar zijn eigen artistieke oeuvre bleef onderbelicht.

"De artistieke kwaliteiten van de werken zijn nochtans erg intrigerend. Daarom besloot Het Stadsmus dit verder te onderzoeken. Hiervoor klopten we aan bij Kristof Reulens, conservator van het Emile Van Dorenmuseum in Genk. Kristof is een expert op het vlak van Genkse en Limburgse kunstenaars van het begin van vorige eeuw.  Het werk van Lucien Nolens was nog nooit onderzocht. En dat onderzoek bleek geen gemakkelijke opdracht, zo bleek al snel. Het leek wel alsof de kunstenaar zelf zo weinig mogelijk sporen wilde nalaten", zegt Nele.

 


Moeilijk te dateren

Lucien Nolens gebruikte uiteenlopende ondergronden en was zuinig met zijn materiaal. Wanneer hij geen papier voorhanden had, gebruikte hij zelfs kalenderblaadjes voor zijn kleine landschapstaferelen. De kleinkinderen van Lucien Nolens bewaren hier nog vele voorbeelden van. Bovendien bevatten zijn schilderijen vaak dikke verflagen. Want wanneer de kunstenaar niet tevreden was met het resultaat, wat dikwijls gebeurde, herbruikte hij oude doeken. Met als resultaat: overschildering na overschildering. Dat gecombineerd met het feit dat hij zijn werken amper dateerde, maakt het moeilijk om zijn artistieke leven in kaart te brengen.

Toen hij in 1947 instemde met zijn eerste solotentoonstelling in het Hooghuis in Hasselt, stond de toenmalige kunstwereld een verrassing te wachten. In de pers lezen we: “Thans begrijpt ieder kunstminnaar hoe jammer het is, dat zijn te grote bescheidenheid er oorzaak van geweest is, dat zijn krachtige compositieschildering niet voldoende op het voorplan getreden is in onze Limburgse schilderswereld, waar zij zou meegeholpen hebben om het publiek te leren inzien dat er nog iets anders bestaat dan uitsluitend landschapschildering.”

 

Kristof Reulens beschrijft in zijn onderzoek inderdaad dat Lucien Nolens in zijn tijd geen traditionele landschapsschilder was. Met de ontdekking van steenkool in de Kempische ondergrond in 1901 kwam de uitbouw van de mijnindustrie na de Eerste Wereldoorlog volop op gang. Het uitgestrekte heidelandschap transformeerde in korte tijd drastisch door de uitbouw van zeven mijnzetels in het Kempisch kolenbekken. Naast de bedrijfsinfrastructuur verrezen er volledig zelfvoorzienende dorpen met tuinwijken, scholen, kerk en ziekenhuis. Terwijl talloze landschapschilders deze nieuwe realiteit in hun werk negeerden, trok die wel overduidelijk de aandacht van Lucien Nolens. Hiermee onderscheidde hij zich opvallend van zijn Limburgse vakbroeders die de vroegere Kempische horizon zonder schachtbokken en schoorstenen trouw bleven.

 

Werken ontsluiten

Nolens’ interesse ging echter meer uit naar de menselijke tol van de industrialisatie. Zijn weergave van de arbeiders is niet waarheidsgetrouw; het zijn eerder archetypes. De arbeiders, zwoegend en zwetend van het harde labeur, beeldde Nolens vaak af als bonkige figuren met massieve handen en voeten. Ze roepen herinneringen op aan de Vlaamse expressionisten als Permeke. Nolens verlegt de focus naar de mens: zijn zwart omlijnde arbeidersfiguren domineren het doek en lijken haast gevangen in hun kader, klaar om uit hun voegen te barsten.

Indrukwekkende stukken uit zijn oeuvre zijn de sombere en duistere allegorische taferelen. Lucien Nolens maakte ze in de jaren na de Tweede Wereldoorlog. Deze kunstwerken zijn bevolkt met duivelse figuren, grimmige grimassen en getormenteerde lijven. De directe verwijzing naar oorlogsgruwel en de donkere kant van de mens is overduidelijk aanwezig.

 

Je kan reeds een sneakpreview van zijn werk zien op Erfgoedinzicht.be  “ Dit is een eerste stap in de ontsluiting van zijn werk. We bekijken nog hoe we deze té bescheiden kunstenaar de plaats kunnen geven die hij verdient en hoe we hem eindelijk aan het grote publiek kunnen tonen door bijvoorbeeld digitale collectieontsluiting”, aldus conservator Ann Delbeke.

Reacties

Vennligst sjekk din e-post og klikk på lenken for å bekrefte din nye e-postadresse.
Cookies op groen.be

Groen gebruikt functionele en analytische cookies die noodzakelijk zijn om de website goed te laten functioneren. Deze cookies verwerken geen persoonsgegevens en hier is geen toestemming voor nodig.

Als je daarvoor toestemming geeft, maken we ook gebruik van marketingcookies. Die stellen ons in staat om de website beter af te stemmen op jouw voorkeuren.

Je kunt je instellingen altijd weer wijzigen op de pagina over de cookies.

Voorkeuren aanpassen
Alle cookies accepteren